Koken op inductie
Een nieuwe inductiekookplaat? Dan moet je meestal nieuwe pannen kopen. Vooral als je eerder op gas hebt gekookt. Maar wist je ook dat je ‘opnieuw’ moet leren koken? Om condens te voorkomen, is het belangrijk dat we anders koken op inductie. Anders dan hoe we gewend waren om te koken op gas.
Koken op inductie is echt anders
We zijn in Nederland gewend om te koken op gas. En bij het koken op gas komt er door het vuur warmte rondom de pan vrij. Hierdoor verdampt een deel van de condens die tijdens het koken ontstaat. Dit gebeurt niet meer als je op inductie kookt, want bij een inductiekookplaat wordt alleen de bodem van de pan verwarmd. Zet je bij het koken op gas de gasstand lager, dan wordt het water ook minder warm. We zijn dus gewend om op een hoge stand te koken. Veel luchtbellen (belletjes met stoom) is goed, want dan kookt het water. Maar dat geldt niet voor het koken op een inductiekookplaat. Daar zorgen die luchtbellen juist voor veel condens in de keuken.
Zet de stand lager en doe een deksel op de pan
Als je begint met een hoge stand dan komen er vrij snel luchtbellen. Dat betekent dat het water kookt. Het enige verschil met hard (veel belletjes) of zacht koken (kleine belletjes) is de hoeveelheid water die verdampt. Hoe groter de bellen hoe meer water er verdampt, hoe meer condens. Als het kookt, kun je de stand dus beter terugzetten naar een lagere stand. Dat betekent minder condens. En je verbruikt ook nog minder energie.